Hof 's-Hertogenbosch overweegt dat een belanghebbende in een WOZ-procedure op iedere gewenste wijze de door hem bepleite waarde aannemelijk mag maken. Dit in tegenstelling tot de gemeente die gebonden is aan de  in de Uitvoeringsregeling waardebepaling WOZ neergelegde regels voor de onderbouwing en de uitvoering van de waardebepaling.

X is het niet eens met de WOZ-waarde 2010 van zijn woning..

Hof 's-Hertogenbosch overweegt dat een belanghebbende in een WOZ-procedure op iedere gewenste wijze de door hem bepleite waarde aannemelijk mag maken. De in de Uitvoeringsregeling waardebepaling WOZ neergelegde regels voor de onderbouwing en de uitvoering van de waardebepaling richten zich namelijk alleen tot de heffingsambtenaar en gelden niet voor de belastingplichtige. De belastingplichtige kan het bewijs op iedere manier leveren en is niet verplicht om een taxatierapport te overleggen. Doet hij dit wel, dan is het niet noodzakelijk dat het rapport de in de waarderingsinstructies voorgeschreven vergelijkingsmethode hanteert. Daarbij merkt het hof wel op dat een rapport waarin de waarde niet of nauwelijks wordt onderbouwd minder of geen bewijskracht heeft. Het door X overgelegde rapport gaat uit van een onjuiste peildatum en geeft niet het vereiste inzicht in de onderbouwing van de waarde en is daarom onvoldoende om de gemotiveerde onderbouwing van de waarde door de gemeente te ondergraven. Het hof verklaart het hoger beroep van X ongegrond.

 

 

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 20-2

Wet waardering onroerende zaken 17-2

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 19 december

6

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen