Minister Hoekstra van Buitenlandse Zaken heeft het op 1 juni 2021 tot stand gekomen verdrag tussen Nederland en Cyprus tot het vermijden van dubbele belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en het voorkomen van het ontduiken en ontwijken van belasting, met Protocol (Trb. 2021, 80), ter stilzwijgende goedkeuring aan de Eerste en Tweede Kamer gestuurd.

Het verdrag is in lijn met het Nederlandse verdragsbeleid en bevat de minimumstandaard van het BEPS-project om verdragsmisbruik tegen te gaan en geschilbeslechting te verbeteren. Zo is onder andere een algemene antimisbruikbepaling (‘principal purpose test’) opgenomen. Naar verwachting kan met de PPT elke doorstroomstructuur die onder nationaal recht wordt aangepakt ook onder het verdrag worden belast. Situaties van dubbele woonplaatsen van vennootschappen worden opgelost door middel van onderling overleg (MAP-tiebreaker). Een dergelijke MAP-tiebreaker is in relatie tot Cyprus belangrijk om een dam op te werpen tegen fiscaal gedreven zetelverplaatsingen vanwege het ontbreken in Cyprus van een dividendbelasting. Er is een uitsluitende woonstaatheffing voor deelnemingsdividend en 15% voor portfoliodividenden. Voor dividenden ontvangen door pensioenfondsen is een uitsluitende woonstaatheffing overeengekomen. Er is een bronstaatheffing op vermogenswinsten behaald met vervreemding van aandelen in onroerende zaaklichamen met enkele uitzonderingen.

De leden van de Tweede en Eerste Kamer kunnen uiterlijk op 10 april 2022 vragen om uitdrukkelijke goedkeuring.

[Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Internationaal belastingrecht

Regelgevende instantie: Staten-Generaal

Editie: 15 maart

133

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen