Beleidsregel Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, 3 juli 2015, WJZ/785850 (10601), Stcrt. 2015, 19301
Het betreft hier buiten Nederland gelegen monumenten. Monumenten die een element vormen van het Nederlands cultureel erfgoed en die voor bescherming op grond van de Monumentenwet 1988 in aanmerking zouden komen als ze op Nederlands grondgebied hadden gelegen, kunnen worden erkend door de Minister van Onderwijs, Cultuur en wetenschap. De minister heeft in een beleidsregel aangegeven hoe een eigenaar een aanvraag om erkenning kan indienen, aan de hand van welke criteria een dergelijke aanvraag wordt beoordeeld en hoe de aanvrager kan aantonen dat zijn monument een element vormt van het Nederlands cultureel erfgoed en in aanmerking zou komen voor aanwijzing als rijksmonument als het op Nederlands grondgebied zou zijn gelegen. De Staatssecretaris van Financiën heeft eerder goedgekeurd dat de aftrek van uitgaven voor monumentenpanden ook openstaat voor monumentenpanden gelegen op het grondgebied van een andere lidstaat van de Europese Unie of een staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de EER (zie V-N 2015/34.14).
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Regelgevende instantie: Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Editie: 24 juli