Bij het vaststellen van de aanslag ib/pvv 2010 wijkt de inspecteur af van de door X ingediende aangifte. Hij constateert namelijk dat X geen recht heeft op de zelfstandigen- en startersaftrek. De in de aangifte geclaimde inkomensafhankelijke combinatiekorting (hierna: ick) wordt niet gecorrigeerd. Wanneer in het jaar 2014 blijkt dat de ick niet automatisch is aangepast na de correctie van de zelfstandigen- en startersaftrek, legt de inspecteur de in geschil zijnde navorderingsaanslag op. X gaat in beroep. In geschil is of de inspecteur mag navorderen. Niet in geschil is dat er geen sprake is van een nieuw feit en evenmin van kwade trouw. Evenmin is in geschil dat X niet in aanmerking komt voor de ick. Rechtbank Zeeland-West-Brabant beslist dat er sprake is van een beoordelingsfout, die aan navordering in de weg staat. Het beroep is gegrond en de navorderingsaanslag wordt vernietigd. De inspecteur gaat in hoger beroep.
Volgens Hof 's-Hertogenbosch heeft de inspecteur bij de beoordeling van de aangifte het onderdeel winst uit onderneming beoordeeld en vervolgens de starteraftrek en zelfstandigenaftrek gecorrigeerd. De inspecteur had toen ook de ick moeten corrigeren. Door de afwezigheid van de inkomstenbron winst uit onderneming was immers duidelijk, dat er geen recht bestond op de ick. Het toch toekennen van de ick is volgens het hof aan te merken als een beoordelingsfout, die niet met artikel 16, tweede lid, onderdeel c, AWR kan worden hersteld. Er is ook niet sprake van een fout "ten gevolge van de geautomatiseerde verwerking van aangifte" De inspecteur had de ick tijdens de aanslagregeling, na correctie van de zelfstandigenaftrek, handmatig dienen aan te passen en dit heeft hij nagelaten. Er is sprake van een ambtelijk verzuim. Het hoger beroep is ongegrond.
Lees ook het thema Navordering.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 16
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 27 oktober