Bepaalde regelingen voor fossiele subsidies liggen vast in internationale afspraken. Het is juridisch niet mogelijk om deze regelingen nationaal aan te passen. Dat antwoordt minister Jetten voor Klimaat en Energie mede namens staatssecretaris Van Rij van Financiën op Kamervragen over fossiele subsidies.

In bijlage 25 bij de Miljoenennota is een geactualiseerd overzicht opgenomen van regelingen die mogelijk relatieve voordelen opleveren voor het gebruik van fossiele energie en grondstoffen met de budgettaire omvang. Hieruit blijkt ook dat het juridisch niet mogelijk is om bijvoorbeeld de raffinaderijvrijstelling in de energiebelasting (omvang € 74 miljoen), de vrijstelling gebruik van kerosine in het internationale luchtverkeer (omvang € 2182 miljoen) en de vrijstelling gebruik van stookolie voor met name zeevaart (omvang € 429 miljoen) aan te passen. Voor kerosine geldt daarnaast nog een BTW-vrijstelling (omvang € 429 miljoen).

Er zijn ook regelingen die juridisch wel nationaal kunnen worden aangepast, zoals het verlaagde energiebelasting tarief glastuinbouw (omvang € 171 miljoen) en de degressieve tariefstructuur energiebelasting aardgas (omvang € 2387 miljoen). Hiervoor geldt al alternatief beprijzend beleid per 2025 of 2027.

In het Belastingplan 2024 is een aantal voorstellen gedaan voor afbouw van aantal fiscale fossiele regelingen, zie V-N 2023/44.2 e.v.

[Nieuwsbron]

Rubriek: Milieuheffingen, Accijns en verbruiksbelastingen

Regelgevende instantie: Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

Editie: 10 november

Informatiesoort: VN Vandaag

206

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen