Het verweerschrift van de inspecteur bevat een geanonimiseerd ‘Memo, Project Duitse informatie’ met dertien bijlagen. De inspecteur doet een beroep op beperkte kennisname van het Memo. Dit betreft de persoonsnamen en andere persoonlijke (identiteits-)gegevens, alsmede directe telefoonnummers en e-mailadressen van belastingambtenaren. Verder betreft het ook persoonsgegevens van derden en het Plan van aanpak.
De geheimhoudingskamer van Hof Amsterdam oordeelt dat het beroep van de inspecteur op geheimhouding van de door de inspecteur onleesbaar gemaakte tekstgedeelten van het Memo slaagt. Voor de gegevens van ambtenaren en derden geldt dat deze voor de beslissing van de hoofdzaak niet direct van belang zijn. Voor het Plan van aanpak geldt dat de onleesbaar gemaakte tekstgedeelten van belang zijn voor een effectieve controle en controlestrategie. De onleesbaar gemaakte tekstgedeelten maken deel uit van een werkinstructie van ambtenaren die betrokken zijn bij het Project. Belastingplichtigen zouden hun werkwijze daarop kunnen afstemmen en zodoende door anticiperend gedrag onderzoeken kunnen frustreren. De onleesbaar gemaakte tekstgedeelten verschaffen inzicht in de wijze waarop de Belastingdienst inwoners van Nederland met tegoeden bij de Zwitserse UBS bank opspoort, benadert en in de IB/PVV-heffing betrekt. Zij zijn dan ook voor de Belastingdienst van controle-strategisch belang zijn.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:42
Algemene wet bestuursrecht 8:29
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof Amsterdam
Editie: 23 november