Aan de heer X is door de Gemeente Medemblik een aanslag onroerende-zaakbelastingen voor 2017 opgelegd. In april 2018 is door X een volmacht aan de gemachtigde verleend om hem te vertegenwoordigen in alle zaken met betrekking tot de aanslag lokale belastingen en de betreffende WOZ-beschikking(en). In geschil is of de bezwaren terecht niet-ontvankelijk zijn verklaard wegens termijnoverschrijding en thans (eerst) meer in het bijzonder of de gemachtigde wel is gerechtigd om beroep in te stellen.
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de gemachtigde niet heeft gereageerd op het verzoek om een machtiging te overleggen waaruit blijkt dat hij is gerechtigd namens X beroep in te stellen. Het verzoek is gedaan, omdat tot de gedingstukken een e-mail van X behoort waaruit is af te leiden dat hij niet in beroep wenst te gaan. Het beroep is niet-ontvankelijk.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 2:1
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Editie: 18 juni