X is analfabeet en lijdt door zijn hoge leeftijd aan vergeetachtigheid. In geschil is of tijdig beroep is aangetekend tegen de uitspraak op bezwaar inzake zijn IB-aanslag. De uitspraak dateert van 29 juli 2020, zodat de beroepstermijn eindigt op 9 september 2020. Het beroep is op 23 september 2020 door Rechtbank Noord-Holland ontvangen en is wegens termijnoverschrijding niet-ontvankelijk verklaard. X gaat in hoger beroep.
Hof Amsterdam bevestigt dat er geen verschoonbare termijnoverschrijding is. De gemachtigde – tevens zoon – van X stelt vergeefs dat de gezondheid van zijn vader destijds slecht was en daaraan prioriteit is gegeven. De ziekte/geestelijke toestand van X en zijn analfabetisme zijn geen plotseling opkomende omstandigheden, waarmee bij aanvang van de beroepstermijn geen rekening kon worden gehouden. X had de behandeling van zijn post uitbesteed aan zijn familie en in het bijzonder aan de gemachtigde. Het moet dan ook mogelijk zijn geweest om tijdig beroep in te stellen. Het beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 6:11
Algemene wet bestuursrecht 6:7
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof Amsterdam
Editie: 24 februari