Belanghebbende doet een verzoek om coulancerente vanwege het door de inspecteur te laat vaststellen van een voorlopige verliesverrekeningsbeschikking. De inspecteur weigert het verzoek waarna belanghebbende in bezwaar gaat tegen deze weigering. De inspecteur laat belanghebbende weten het bezwaarschrift aan te merken als een verzoek om heroverweging. Belanghebbende stuurt een ingebrekestelling wegens het niet tijdig beslissen op bezwaar en stelt uiteindelijk dat hij recht heeft op een dwangsom. De inspecteur verklaart het bezwaar niet-ontvankelijk.
Hof Arnhem-Leeuwarden overweegt dat een beslissing om geen coulancerente te vergoeden geen voor bezwaar en beroep vatbaar besluit is en daarom ook geen dwangsom verbeurd kan zijn wegens het niet tijdig beslissen op een ‘bezwaar’ tegen dit besluit. De niet-ontvankelijkheidsverklaring is rechtens juist.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 26
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 15 april