De besluitvorming over eventuele invoering van de maatregel voor toepassing van het BTW-nultarief op leveringen van groente en fruit en/ of alternatieve gezondheidsmaatregelen is aan een volgend kabinet. Dat antwoordt staatssecretaris Van Rij van Financiën op vragen van de vaste commissie voor Financiën hierover.

In een eerdere reactie heeft de staatssecretaris aangegeven dat voor de uitvoering van een BTW-nultarief op groente en fruit een werkbare en juridisch houdbare definitie voor groente en fruit nodig is. De vaste commissie voor Financiën wijst erop dat in meerdere Europese landen, waaronder Italië en Spanje, sprake is van BTW-differentiatie, waarbij groente en fruit een lager tarief kennen. De commissie stelt voor om de daar geldende definitie over te nemen. Ook deze beslissing laat Van Rij aan een volgend kabinet.

Ten aanzien van het voorstel om ook biologische producten onder het BTW-nultarief te brengen, merkt de staatssecretaris op dat het neutraliteitsbeginsel hiervoor een belemmering kan vormen. Dit houdt in dat op producten die vanuit het oogpunt van de modale consument met elkaar concurreren hetzelfde BTW-tarief van toepassing moet zijn. Daarnaast kan het neutraliteitsbeginsel tot gevolg hebben dat steeds meer niet-biologische producten onbedoeld onder het nultarief vallen.

[Nieuwsbron] [Nieuwsbron]

Rubriek: Omzetbelasting, Europees belastingrecht

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 27 september

Informatiesoort: VN Vandaag

270

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen