De Minister van Financiën heeft een besluit genomen inzake het proportioneel vaststellen van kinderopvangtoeslag. Verder geeft het besluit invulling aan het begrip tijdige betaling van kosten voor kinderopvang en is een goedkeuring opgenomen voor de situatie waarin een ouder een betalingsregeling heeft getroffen met de kinderopvangorganisatie.

In het besluit is aangegeven hoe de Belastingdienst/ Toeslagen de kinderopvangtoeslag vaststelt als een ouder in een berekeningsjaar de kosten van kinderopvang gedeeltelijk heeft betaald. In dat geval stelt de Belastingdienst/ Toeslagen het recht op kinderopvangtoeslag vast naar rato van het bedrag aan kosten dat de ouder tijdig heeft betaald aan de kinderopvangorganisatie.

Het begrip tijdige betaling wordt in het besluit nader toegelicht. Alle betalingen aan een kinderopvangorganisatie die ouders hebben voldaan vóór 1 maart van het jaar volgend op het berekeningsjaar worden aangemerkt als tijdige betaling voor de vaststelling van het recht op kinderopvangtoeslag. Deze termijn geldt niet meer alleen voor gastouderopvang, maar ook voor overige soorten kinderopvang.

Daarnaast wordt er een goedkeuring verleend voor situaties waarin een ouder een betalingsregeling heeft getroffen met de kinderopvangorganisatie en worden de voorwaarden van deze goedkeuring uiteengezet. Tot slot is er een uitzonderingssituatie opgenomen voor bijzonder gevallen waarin het niet aan de ouder te wijten is dat de betaling niet tijdig is verricht. Het gaat hierbij niet om situaties waarin de ouder financiële problemen heeft.

Het besluit treedt in werking met ingang van 25 december 2019 en werkt terug tot en met 23 oktober 2019.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Toeslagen en zorgverzekeringswet

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 27 december

23

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen