De Minister van Financiën heeft een besluit genomen op een WOB-verzoek inzake buitenlands onroerend goed en daarmee samenhangend de aftrek voorkoming dubbele belasting en de wijziging van box 3 vanaf 2016.

Specifiek is gevraagd om informatie over de negatieve financiële effecten voor belastingplichtigen met onroerend goed in het buitenland nu er situaties zijn waarbij belastingplichtigen vanaf 2017 dubbele belasting betalen over het onroerend goed in het buitenland, terwijl dat vóór 2017 niet het geval was.

De documenten die worden verstrekt naar aanleiding van dit WOB-verzoek zijn delen van de beslisnotitie Verzamelbesluit 2017 en interne emails. In deze emails wordt onder andere ingegaan op een vraag van Kamerlid Van Rooijen (50plus) over de invoering van een progressief tarief bij box 3 wat voor de tweede buitenlandse eigen woning indirect vanwege het progressievoorbehoud leidt tot een bijheffing in Nederland. Daarnaast worden interne berekeningen verstrekt met de situatie voor en na de wijziging van de box 3-heffing in 2017.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Internationaal belastingrecht, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 15 juni

19

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen