Hof Amsterdam oordeelt dat X bv premies werknemersverzekeringen had moeten afdragen voor haar bestuurders A en B, nu deze bij haar in dienstbetrekking zijn. Omdat A en B statutair bestuurder van X bv zijn, is voor de beoordeling of sprake is van een dienstbetrekking niet relevant of materieel sprake is van een gezagsverhouding.
De statutair bestuurders van X bv zijn de heren A en B en D bv. Van X bv zijn 10 A-aandelen (met stem- en winstrecht) en 90 B-aandelen (alleen winstrecht) uitgegeven. A, B en C zijn broers en houden elk 30 B-aandelen via persoonlijke houdstervennootschappen. D bv houdt de A-aandelen. De aandelen in D bv worden vóór 5 september 2017 voor 60% door de vader en voor 40% door de moeder van A, B en C gehouden. Daarna houdt moeder alle aandelen in D bv. In geschil is of X bv premies werknemersverzekeringen moet afdragen voor A en B.
Hof Amsterdam oordeelt dat X bv premies werknemersverzekeringen had moeten afdragen voor haar bestuurders A en B, nu deze bij haar in dienstbetrekking zijn. A en B kunnen niet over hun eigen ontslag besluiten omdat zij geen aandelen met stemrecht bezitten. Daarnaast sluiten de statuten van X bv uit dat bestuurders deelnemen aan besluitvorming omtrent hun eigen ontslag. A en B zijn geen dga in de zin van de Regeling aanwijzing dga omdat zij niet over hun eigen ontslag kunnen besluiten en beiden tegen hun wil kunnen worden ontslagen of geschorst. Omdat A en B statutair bestuurder van X bv zijn, is voor de beoordeling of sprake is van een dienstbetrekking niet relevant of materieel sprake is van een gezagsverhouding. Het hof verklaart het hoger beroep van X bv ongegrond.
Lees ook het thema Verzekeringsplicht dga.
Wetsartikelen:
Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering 6
Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering 3