De Hoge Raad oordeelt dat de bewijslast terecht is omgekeerd voor de periode 1 september 2012 - 11 maart 2016. De onherroepelijk vaststaande informatiebeschikking ziet namelijk op deze periode. De beschikking ziet echter niet op de periode vanaf 12 maart 2016.

Vof X exploiteert een poolcentrum annex shishalounge. Tijdens een controle wordt in 2012 vijf kilogram waterpijptabak aangetroffen die niet is voorzien van de vereiste accijnszegels. In 2016 wordt weer een controle uitgevoerd. Hieruit blijkt dat de herkomst van de aangetroffen waterpijptabak niet kan worden vastgesteld. Nadat de door de inspecteur opgelegde informatiebeschikking onherroepelijk is geworden, legt hij een naheffingsaanslag tabaksaccijns op over het tijdvak 1 september 2012 - 6 september 2016, naar een geschat bedrag. Volgens vof X is de aanslag te hoog. Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de bewijslast terecht is omgekeerd en de naheffingsaanslag op een redelijke schatting berust van het aantal kilogram onveraccijnsde rooktabak. Vof X gaat in cassatie.

De Hoge Raad oordeelt dat de sanctie van omkering en verzwaring van de bewijslast terecht is toegepast over de periode 1 september 2012 - 11 maart 2016, omdat de onherroepelijk vaststaande informatiebeschikking betrekking heeft op deze periode. Deze sanctie is echter ten onrechte toegepast voor de periode vanaf 12 maart 2016. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie van vof X gegrond en verwijst de zaak naar Hof ’s-Hertogenbosch.

Lees ook het thema Informatiebeschikking: stand van zaken.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 52a

Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e

Wet op de accijns 32

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Accijns en verbruiksbelastingen, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hoge Raad

Editie: 12 september

15

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen