Belanghebbende krijgt een naheffingsaanslag parkeerbelasting opgelegd. In bezwaar stelt zij de naheffingsaanslag aangetroffen te hebben op de auto, maar in beroep stelt zij dat zij pas bij het duplicaat van deze aanslag bekend is geworden. De heffingsambtenaar stelt dat belanghebbende niet-ontvankelijk is omdat de bezwaartermijn is verlopen.
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat belanghebbende het aanslagbiljet op de auto heeft aangetroffen en de bezwaartermijn derhalve aanvangt op de dag na de dag van dagtekening van het aanslagbiljet. Dat belanghebbende in beroep stelt dat zij pas bij het ontvangen van het duplicaat bekend geworden is met de naheffingsaanslag acht de rechtbank niet geloofwaardig. De bezwaartermijn gaat derhalve lopen vanaf de dag na dagtekening op de naheffingsaanslag en niet op de dag na dagtekening van het duplicaat daarvan. Het bezwaar is te laat ingediend en derhalve terecht niet-ontvankelijk verklaard.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 22j
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Editie: 21 juli