Naar aanleiding van het overlijden van A ontvangt belanghebbende, X, een legaat van € 5000. Omdat de notaris de aanslag erfbelasting niet betaalt, stuurt de ontvanger op 29 juni 2015 een herinnering naar de notaris. Op 29 september 2015 stuurt de ontvanger een aanmaning, met € 15 aan aanmaningskosten, naar X. X maakt bezwaar tegen de in rekening gebrachte aanmaningskosten. Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de aanmaningskosten terecht in rekening zijn gebracht. X heeft de aanslag namelijk niet binnen de gestelde termijn voldaan, en er is geen uitstel van betaling verleend. Ook verwerpt de rechtbank de stelling van X dat niet duidelijk was dat hij nog een bedrag moest betalen. Volgens de rechtbank is de verminderingsbeschikking namelijk duidelijk op dit punt. Verder merkt de rechtbank op dat het aannemelijk is dat de notaris wist dat er nog betaald moest worden, en dat deze kennis aan X moet worden toegerekend.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de ontvanger de aanmaningskosten terecht in rekening heeft gebracht bij X. Het hof merkt daarbij op dat de kennis van de notaris aan X dient te worden toegerekend. Dat de communicatie met de notaris stroef verliep, maakt niet dat de ontvanger in strijd met het zorgvuldigheidsbeginsel handelt door aanmaningskosten in rekening te brengen bij X. Het hof kent nog wel een proceskostenvergoeding toe (€ 2473,50) aan X. Verder moet de ontvanger ook de griffierechten (€ 170) vergoeden. De ontvanger heeft namelijk, wegens het geringe belang (€ 15), afgezien van het horen. Het hof wijst er daarbij op dat de communicatie met de notaris stroef verliep en dat X niet op de hoogte was van alle facetten van de zaak.
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Invordering
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 11 september