De Hoge Raad oordeelt dat X geen recht heeft op een rentevergoeding in verband met de in strijd met het EU-recht geheven box 3-heffing. De wijze waarop het EHRM genoegdoening vaststelt, is niet maatgevend voor de verplichting van een verdragsluitende staat om rechtsherstel te bieden bij een schending.

Aan X wordt voor het jaar 2018 rechtsherstel voor box 3 geboden, wat leidt tot een teruggaaf van onverschuldigd betaalde belasting. X verzoekt om vergoeding van rente. Hof Den Haag oordeelt dat X geen recht heeft op vergoeding van belastingrente ex art. 30fe AWR. Wel bestaat op grond van art. 1 en 13 EVRM recht op een rentevergoeding. Omdat X een terugvorderingsrecht heeft, wordt een rentevergoeding toegekend met toepassing van art. 8:73 Awb. De schadevergoeding is in art. 6:119 BW gefixeerd op de wettelijke rente. De grootte van de daadwerkelijk geleden schade is niet van belang. Dat in de verminderingsbeschikking 2018 geen voor bezwaar vatbare rentebeschikking is opgenomen, maakt dit oordeel niet anders. De staatssecretaris gaat in cassatie.

De Hoge Raad oordeelt dat X geen recht heeft op een rentevergoeding in verband met de in strijd met het EU-recht geheven box 3-heffing. De wijze waarop het EHRM genoegdoening vaststelt, is niet maatgevend voor de verplichting van een verdragsluitende staat om rechtsherstel te bieden bij een schending. Verder overweegt de Hoge Raad dat de AWR en de IW 1990 een uitputtende regeling kennen voor het vaststellen van een rentevergoeding bij vermindering van een belastingaanslag. Er is slechts in zeer uitzonderlijke situaties ruimte voor een rentevergoeding op grond van het EU-recht. Dat is het geval wanneer het beloop van de wettelijke rente meer is dan het bedrag van de belastingvermindering. Daarvan is geen sprake. De Hoge Raad verwijst daarbij naar zijn arrest van 6 juni 2024, ECLI:NL:HR:2024:756, V-N 2024/28.5.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 5.2

Invorderingswet 1990 28c

Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 1

Algemene wet bestuursrecht 8:73

Burgerlijk Wetboek Boek 6 6:119

Algemene wet inzake rijksbelastingen 30fe

Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 41

Algemene wet inzake rijksbelastingen 30hb

Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 14

Algemene wet bestuursrecht 6:19

Instantie: Hoge Raad

Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Editie: 28 april

Informatiesoort: VN Vandaag

49

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen