Rechtbank Gelderland oordeelt dat A bv voor de overdrachtsbelasting een onroerendezaaklichaam is. De inspecteur heeft dan ook terecht overdrachtsbelasting geheven ter zake van de verkoop van de aandelen in A bv.

Q en zijn moeder houden, na het overlijden van vader, de aandelen in A bv. In 2020 leveren zij de aandelen A bv aan belanghebbende, X bv, de holdingvennootschap van Q. Tot de activa van A bv behoort een pand dat zij verhuurt aan B bv, een werkmaatschappij van X bv. X bv is van mening dat A bv geen onroerendezaaklichaam is en doet daarom in de aangifte overdrachtsbelasting een beroep op een vrijstelling van overdrachtsbelasting. Volgens X bv wordt niet voldaan aan de doeleis.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat A bv voor de overdrachtsbelasting een onroerendezaaklichaam is. De inspecteur heeft dan ook terecht overdrachtsbelasting geheven ter zake van de verkoop van de aandelen in A bv. Er is wel voldaan aan de doeleis, aangezien A bv een pand verhuurt aan B bv. Dat de huuropbrengsten worden aangewend voor de uitvoering van de pensioenvoorziening van de (voormalige) directie is niet van belang bij de beoordeling of is voldaan aan de doeleis. Slechts van belang is of de onroerende zaak wordt geëxploiteerd en niet hoe de exploitatie-opbrengsten worden besteed. Verder is de statutaire doelomschrijving van B bv ook ‘het beheren van en het beschikken over registergoederen’. Het beroep is ongegrond.

Lees ook het thema: Onroerendezaakrechtspersonen in de overdrachtsbelasting

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op belastingen van rechtsverkeer 4

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van rechtsverkeer

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 22 augustus

44

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen