Hof Amsterdam oordeelt dat de bevindingen van het boekenonderzoek een nieuw feit opleveren dat het opleggen van een verliesherzieningsbeschikking rechtvaardigt.

Belanghebbende, X, drijft in de vorm van een eenmanszaak een steakhouse c.q. afhaal-grillrestaurant. Naar aanleiding van een boekenonderzoek legt de inspecteur de nu in geschil zijnde verliesherzieningsbeschikking op naar een verlies uit werk en woning van € 6.570.

Hof Amsterdam oordeelt dat de bevindingen van het boekenonderzoek een nieuw feit opleveren dat het opleggen van een verliesherzieningsbeschikking rechtvaardigt. Het hof is het met de inspecteur eens dat de aangifte IB/PVV 2005 van X, en met name het daarin gehanteerde brutowinstpercentage van 124,6%, geen reden gaf tot het instellen van een ander onderzoek of het inwinnen van informatie. Gelet op de gebreken in de administratie, acht het hof omkering en verzwaring van de bewijslast op zijn plaats. Anders dan de rechtbank acht het hof de schatting van het bij de verliesherzieningsbeschikking vastgestelde verlies van X door de inspecteur redelijk. Het incidentele hoger beroep van de inspecteur is daarmee gegrond. Het principale hoger beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.151-4

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 12 november

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen