Belanghebbende, X, exploiteert met zijn echtgenote in firmaverband een kwekerij. In april 2006 verkoopt hij de grond die kwalificeert als ondernemingsvermogen en komt daarbij contractueel overeen dat hij een bouwrijpe kavel zal leveren. Daarom worden de glasopstanden, installaties, silo's en dergelijke door en voor rekening van X gesloopt. In november 2006 levert X de bouwrijp gemaakte kavel aan de koper. De inspecteur stelt dat het boekverlies op de glasopstanden aan de grond moet worden toegerekend en daarom onder de landbouwvrijstelling valt. X gaat in beroep en stelt dat het boekverlies zelfstandig ten laste van de winst kan worden gebracht.
Hof Den Haag oordeelt in navolging van de rechtbank dat X de boekwaarde van de bestaande glasopstanden heeft opgeofferd om de grond schoon ( als nieuw vervaardigde bouwrijpe kavel) op te leveren, zodat die boekwaarde geheel aan de grond moet worden toegerekend en dus leidt tot een hogere boekwaarde van de grond. Het boekverlies op de glasopstanden valt onder de landbouwvrijstelling. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep van X ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.12