Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de inspecteur niet aannemelijk maakt dat er sprake is van grove schuld van X bv. X bv is namelijk als een leek op het gebied van de overdrachtsbelasting te beschouwen. Het hof vernietigt de aan X bv opgelegde boete.

Belanghebbende, X bv, en C bv komen begin 2007 overeen dat X bv een onroerende zaak aan C bv zal leveren. Op 5 november 2007 levert X bv het pand vervolgens aan D bv. X bv en D bv maken daarbij ook een akte ‘recht van wederkoop' en een akte ‘aanvulling recht van wederkoop' op. In 2009 beroept D bv zich op de ontbindende voorwaarde uit de akte, en levert het pand weer voor de koopprijs (€ 1,2 mln) terug aan X bv. X bv levert het pand vervolgens aan C bv, die het pand voor € 1,5 mln verkoopt aan stichting F. F voldoet de overdrachtsbelasting van € 90.000, en D bv krijgt, naar aanleiding van haar verzoek om terugbetaling op grond van art. 19 WBR, € 72.000 aan overdrachtsbelasting terug van de inspecteur. Naar aanleiding van een boekenonderzoek verleent de inspecteur een teruggaaf van € 90.000 aan F en legt de inspecteur een naheffingsaanslag van € 90.000, met een vergrijpboete, op aan X bv. Verder legt de inspecteur ook nog een naheffingsaanslag van € 72.000 op aan D bv in verband met de ten onrechte verleende teruggaaf uit 2009. X is het niet eens met de boete. Volgens X bv is er namelijk geen boetegrondslag, omdat er geen sprake is van te weinig geheven belasting. Rechtbank Gelderland oordeelt dat de boete terecht is opgelegd. X bv moet zich er, gezien de gang van zaken, en dan vooral de akten ('aanvulling) recht van wederkoop', namelijk van bewust zijn geweest dat er geen sprake was van een reële ontbindende voorwaarde. De rechtbank vermindert de boete uiteindelijk nog wel.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de inspecteur niet aannemelijk maakt dat er sprake is van grove schuld van X bv. Het hof overweegt daarbij dat X bv een leek is op het gebied van de overdrachtsbelasting. Verder is van belang dat X bv op de deskundigheid van de door hem ingeschakelde notaris mocht vertrouwen. Ook merkt het hof nog op dat de ‘constructie' is opgezet om te voorkomen dat tweemaal overdrachtsbelasting zou moeten worden betaald, zowel door J bv als door F, maar dus niet door X bv. Het hof vernietigt de boete.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67f

Wet op belastingen van rechtsverkeer 19

Wet op belastingen van rechtsverkeer 15

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Belastingen van rechtsverkeer

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 28 maart

8

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen