Minister Plasterk van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en staatssecretaris Wiebes van Financiën hebben in een brief aan de Tweede Kamer geschetst hoe een verschuiving van rijksbelastingen naar gemeentebelastingen vorm kan krijgen. Eventuele keuzes moeten door een volgend kabinet worden gemaakt.

De brief schetst een aantal overwegingen die een rol spelen bij een hervorming van de gemeentebelastingen. Vervolgens worden bouwstenen gepresenteerd. Ook de benodigde wetgevingsconsequenties worden op hoofdlijnen weergegeven. Tot de bouwstenen behoren: het verlagen van de lasten op arbeid door een schuif naar lokale belastingen, het saneren van kleine belastingen, het voorkomen van lasteninflatie en afwenteling, het vergroten van de effectiviteit en doelmatigheid van het gemeentelijk verkeershandhavingsbeleid en tenslotte het stroomlijnen, vereenvoudigen en harmoniseren van de gemeentelijke belastingen. Mogelijk worden afgeschaft: de roerende woon- en bedrijfsruimtenbelasting, de baatbelasting, de forensenbelasting, de hondenbelasting en de reclamebelasting. Sommige kleine belastingen worden niet afgeschaft. Het gaat bijvoorbeeld om de parkeerbelasting, de toeristenbelasting en de klassieke precario. Inmiddels is een wetsvoorstel ingediend om de verdere stijging van precariobelasting op nutsnetwerken te voorkomen en deze belasting binnen 10 jaar af te schaffen. Eind 2016 wordt ook een wetsvoorstel ingediend voor de aanpak van een aantal praktische knelpunten bij de uitvoering van de Wet WOZ en de gemeentelijke belastingheffing.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Regelgevende instantie: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Editie: 29 juni

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen