Staatssecretaris Van Rij van Financiën reageert op verzoek van de vaste commissie voor Financiën op het position paper van Public Value ten behoeve van het commissiedebat over de toekomst van box 3. Aan de in het paper aangedragen oplossing voor particuliere vastgoedbeleggers om het vastgoed met terugwerkende kracht per 1 januari 2023 in te brengen in box 1 wordt geen gevolg gegeven.
In het position paper wordt betoogd dat vanwege de wijzigingen per 1 januari 2023 in box 3, waarbij een forfaitair rendementspercentage wordt toegepast op overige bezittingen en op schulden, particuliere vastgoedbeleggers nauwelijks meer rendementen behalen. Dit wordt geïllustreerd met een aantal rekenvoorbeelden. Public Value gaat er bij de berekeningen volgens de staatssecretaris aan voorbij dat verhuurders doorgaans ook voordeel halen uit waardestijging van de woning (indirect rendement), welke expliciet belast is in box 3.
Het kabinet onderschrijft de maatschappelijke wens voor een heffing die het werkelijke individuele rendement zo goed mogelijk benadert. De aangedragen oplossing betreft echter een ingrijpende structuurwijziging die niet op korte termijn geïmplementeerd kan worden. Voor de tussenliggende periode is naar aanleiding van het Kerstarrest overbruggingswetgeving ingevoerd. Met de overbruggingswetgeving wordt het werkelijk behaalde rendement gemiddeld genomen beter benaderd.