X doet BPM-aangifte voor een BMW Coupé 435d xDrive M Sport en voldoet hiertoe € 1648. Volgens het bijgaande taxatierapport is de handelsinkoopwaarde negatief. De waarde in onbeschadigde staat (€ 41.209) is namelijk lager dan de gecalculeerde schade (€ 42.699). In geschil is of na het schadeherstel en hertaxatie door Domeinen terecht een naheffingsaanslag van € 4328 is opgelegd.
Rechtbank Den Haag oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat sprake is van een schade-auto. De door hem overgelegde facturen en offertes zijn, voor zover al leesbaar, niet te herleiden tot de auto. Er zijn ook geen aankoopbewijs en reparatiebonnen, zodat niet worden vastgesteld dat er schade was. De opname door zijn taxateur zou voorts hebben plaatsgevonden in maart 2018, maar het rapport dateert uit maart 2020 en is dus ruimschoots na de aangifte opgemaakt. Het is ook niet aannemelijk dat de auto vanwege het schadeverleden een € 10.000 lagere waarde heeft. Het beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 10
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen
Instantie: Rechtbank Den Haag
Editie: 29 juni