Het Gerecht oordeelt dat de opbrengst met behulp van uit het VK afkomstige middelen, of in die staat uitgeoefende sleutelfuncties, is behaald door de CFC en dus kan worden geacht kunstmatig buiten het VK te zijn verlegd. Er is sprake van staatssteun.
Tot de Britse ITV-groep behoren onder andere twee Nederlandse vennootschappen: ITV Enterprises BV en ITV (Finance) Europe BV. Deze controlled foreign companies hebben leningen verstrekt aan andere ondernemingen van de ITV-groep. ITV plc, de in het Verenigd Koninkrijk gevestigde topholding, verzoekt om vrijstelling van de aan haar toegerekende rentewinsten uit enkele van deze door de CFC’s verstrekte leningen. Volgens de Europese Commissie vormt deze vrijstellingsregeling inzake groepsfinanciering echter staatssteun. ITV plc en het VK zijn het hier niet mee eens.
Het Gerecht oordeelt dat de opbrengst met behulp van uit het VK afkomstige middelen, of in die staat uitgeoefende sleutelfuncties, is behaald door de CFC en dus kan worden geacht kunstmatig buiten het VK te zijn verlegd. Volgens het Gerecht heeft de EC dan ook geen beoordelingsfouten begaan bij haar conclusie dat sprake is van een selectief voordeel. De vrijstellingen vormen namelijk een afwijking van de regels van het VK voor CFC’s. Zij stellen een gedifferentieerde behandeling in tussen belastbare ondernemingen die zich in het licht van de doelstelling van die regels in een vergelijkbare situatie bevinden. Het Gerecht verwerpt het beroep van ITV plc.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Europees belastingrecht, Vennootschapsbelasting
Instantie: Gerecht van de Europese Unie
Editie: 28 juni