Het kabinet heeft besloten om geen uitvoering te geven aan een door de Eerste Kamer aangenomen motie (V-N 2024/45.24.25) en kiest er derhalve voor om de wetgeving die de in het Belastingplan 2025 opgenomen BTW-verhoging bewerkstelligt, in het Belastingplan 2025 te behouden. Dat schrijven de Minister en Staatssecretaris van Financiën aan de Eerste Kamer.

Volgens de bewindspersonen worden maatregelen met een budgettaire samenhang in hetzelfde wetsvoorstel opgenomen waarmee de financiële onderbouwing duidelijk wordt gemaakt. Ook is het noodzakelijk om ondernemers gelegenheid te geven zich op de wijzigingen voor te bereiden en hun ICT-systemen daarop aan te passen. Deze voorbereidingstijd is niet gegarandeerd ingeval de maatregel in een separaat wetsvoorstel wordt opgenomen. Het is dan immers mogelijk dat de stemming over dit wetsvoorstel wordt uitgesteld en dat er medio 2025 volledige duidelijkheid bestaat over de wetgeving. Daarnaast vereist de financiering van de lastenverlichtingen voor werkenden en ondernemers dat vooruitbetalingen in 2025 voor prestaties die in 2026 of later plaatsvinden ook belast worden naar het algemene BTW-tarief.

[Nieuwsbron] [Nieuwsbron]

Rubriek: Omzetbelasting

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 15 oktober

Informatiesoort: VN Vandaag

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen