Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat X bv niet aannemelijk maakt dat zij in 1999 en 2000 btw-ondernemer was. X bv maakt niet aannemelijk dat er sprake was van duurzame economische activiteiten.

A houdt de aandelen in meer dan 100 vennootschappen. A houdt onder andere de aandelen in belanghebbende, X bv. Naar aanleiding van een onderzoek concludeert de inspecteur dat X bv vanaf 1998 geen btw-ondernemer meer was. De inspecteur legt vervolgens een btw-naheffingsaanslag aan X bv op voor de btw-teruggaven die over de jaren 1999 en 2000 zijn verleend.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat X bv niet aannemelijk maakt dat zij in 1999 en 2000 btw-ondernemer was. Volgens het hof maakt X bv namelijk niet aannemelijk dat er sprake was van duurzame economische activiteiten. Ten aanzien van de omzet in het vierde kwartaal van 1999 overweegt het hof dat X bv geen inzicht heeft gegeven in haar activiteiten. Het gelijk is aan de inspecteur. Het hof kent nog wel een immateriële schadevergoeding van € 3000 aan X bv toe, wegens termijnoverschrijding.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 7

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 14 oktober

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen