Rechtbank Den Haag oordeelt dat X vof 75% van de BTW-voorbelasting in verband met de mining-activiteiten in aftrek kan brengen. De gegevens waarop X vof zich beroept zijn de beste gegevens die beschikbaar zijn en beter passende bewijsmiddelen ontbreken.
X vof houdt zich bezig met de mining van bitcoins. Voor het minen stelt X vof computerrekenkracht beschikbaar. Met de inspecteur ontstaat een geschil over de aftrek van BTW. Volgens X kan zij, onder verwijzing naar algemene statistische gegevens waaruit volgt dat 98% van de handel in bitcoins buiten de EU plaatsvindt, 98% van de BTW in aftrek brengen. Zij merkt daarbij op dat het voor haar niet redelijkerwijs mogelijk is om concreet bewijs te leveren over de locatie van de afnemers van de mining-activiteiten. De inspecteur is echter van mening dat de statistische gegevens onvoldoende basis vormen om aannemelijk te achten dat de afnemers buiten de EU zijn gevestigd. Verder merkt hij op dat de mining-activiteiten van X vof niet hetzelfde zijn als de handel in bitcoins. Rechtbank Den Haag stelt prejudiciële vragen aan de Hoge Raad. De Hoge Raad oordeelt dat de vrije bewijsleer van toepassing is.
Rechtbank Den Haag oordeelt dat X vof 75% van de BTW-voorbelasting in verband met de mining-activiteiten in aftrek kan brengen. De gegevens waarop X vof zich beroept, statistische gegevens van de website CryptoCompare, zijn de beste gegevens die beschikbaar zijn. Andere, beter passende bewijsmiddelen ontbreken. Daarbij merkt de rechtbank wel op dat het percentage van 98% onwaarschijnlijk is. De rechtbank stelt het aantal afnemers van buiten de EU in goede justitie vast op 75% en vermindert de naheffingsaanslag.
Lees ook het thema Blockchain, crypto-munten en fiscaliteit
Wetsartikelen:
Wet op de omzetbelasting 1968 15
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Omzetbelasting
Instantie: Rechtbank Den Haag
Editie: 21 oktober