Het kabinet is voornemens om de derving die optreedt in 2027 door de latere inwerkingtreding van de Wet werkelijk rendement box 3 in te vullen door het verhogen van het forfait op overige bezittingen en het verlagen van het heffingvrije vermogen. Dat antwoordt staatssecretaris Van Oostenbruggen van Financiën op Kamervragen van verschillende Kamerleden over het advies van de Raad van State over het nieuwe box 3 stelsel.

De staatssecretaris antwoordt op de vraag wat de gevolgen zijn voor de vermogensongelijkheid nu er een flinke budgettaire derving in box 3 is dat het effect van het continueren van een forfaitaire regeling met tegenbewijs in box 3 op de vermogensverdeling niet kwantitatief te duiden is. Daarnaast bestaat het vermogen van huishoudens uit verschillende vermogenssoorten. Zo is box 2 vermogen het scheefst verdeeld en zeer geconcentreerd in de top 1% meest vermogende huishoudens. Het box 3 vermogen is ten opzichte van box 2 vermogen minder scheef verdeeld.

Het belasten van het werkelijke rendement op vermogen in box 3 sluit verreweg het meeste aan bij een evenwichtige belasting op vermogen en zorgt ervoor dat bestaande verschillen tussen huishoudens niet worden vergroot door fiscaal beleid.

Het kabinet gaat het advies voor het wetsvoorstel Wet werkelijk rendement box 3 inhoudelijk bestuderen en de mogelijkheden wegen.

[Nieuwsbron] [Nieuwsbron]

Rubriek: Inkomstenbelasting

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 18 december

Informatiesoort: VN Vandaag

Uitsluiting Nieuwsbrief: Uitsluiting Nieuwsbrief

Dossiers: Box 3

124

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen