X ontvangt op 23 december 2008 een voorschot zorgtoeslag over 2009 van € 693. Bij beschikking van 16 september 2011 stelt de Belastingdienst/Toeslagen de toeslag definitief vast op € 0 en wordt het voorschot teruggevorderd. Op 19 september 2011 maakt X hiertegen bezwaar. Bij beschikking van 16 maart 2012 wordt de zorgtoeslag vervolgens herzien naar € 693. In de beslissing op bezwaar van 9 mei 2012 geeft de Belastingdienst/Toeslagen aan dat X geen recht heeft op zorgtoeslag omdat hij als meeverzekerd gezinslid van een NATO-werknemer uitgezonderd is van de kring van verzekerden.
Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt dat de Belastingdienst/Toeslagen na de herzieningsbeschikking van 16 maart 2012 niet meer bevoegd was om bij de beslissing op bezwaar de zorgtoeslag op € 0 te stellen. Uit jurisprudentie blijkt dat een heroverweging naar aanleiding van een bezwaar voor de indieners slechts tot een ongunstiger resultaat kan leiden indien het bestuursorgaan ook zonder de indiening van het bezwaarschrift tot wijziging van het bestreden besluit ten nadele van de indiener bevoegd zou zijn (Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State 19 oktober 2011, LJN: BT8556). In dit geval was de Belastingdienst/Toeslagen niet bevoegd tot herziening vanwege het ontbreken van een nieuw feit. Reeds ten tijde van de beschikking van 16 maart 2012 was de Belastingdienst immers op de hoogte van het feit dat het om een verzekering van een personeelslid van de NATO ging. Het beroep van X is gegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen 21
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingrecht algemeen
Instantie: Rechtbank 's-Gravenhage
Editie: 6 november