Belanghebbende, X, een stichting, is gebruiker van drie als groepswoningen ingerichte onroerende zaken gelegen in de gemeente Veere. Twee woningen zijn bestemd voor mensen met dementie en de andere woning voor mensen met een lichamelijke beperking. In geschil is of deze onroerende zaken delen bevatten die in hoofdzaak tot woning dienen dan wel volledig dienstbaar zijn aan woondoeleinden. Deze delen zijn vrijgesteld van gebruikersbelasting OZB. Rechtbank Middelburg oordeelt op basis van de indicatie ‘zorg met verblijf' door het Centraal indicatieorgaan dat er geen sprake is van woondelen.
Hof 's-Gravenhage acht de beslissing van de rechtbank dat de indicatie ‘zorg met verblijf' van het CIZ de aanwezigheid van woondelen verhindert, in strijd met HR 10 februari 2012, nr. 10/05194, V-N 2012/11.27. De verzorgingsfunctie van het geheel sluit niet uit dat delen van de onroerende zaak wel volledig dienstbaar zijn aan woondoeleinden. Het hof oordeelt dat de kamers van de bewoners met de eigen sanitaire ruimten, de gemeenschappelijke woonkamer, de bijkeuken, de hobbykamer en de rookruimte woondelen zijn. Niet volledig dienstbaar aan woondoeleinden zijn de multifunctionele ruimte(n), de entree, het toilet en de berging. Dit betekent dat van de twee woningen voor dementerenden 78% is vrijgesteld en voor de woning voor mensen met een lichamelijke beperking 68%. Het hoger beroep van X is gegrond.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Instantie: Hof 's-Gravenhage
Editie: 9 september