Hof Amsterdam oordeelt dat de inspecteur mag uitgaan van de vaststelling van de CO2-uitstoot van de auto op basis van de Duitse gegevens.
X doet BPM-aangifte voor een personenauto uit Duitsland met schade en voldoet € 631. In geschil is de naheffingsaanslag van € 11.569, die inmiddels door de rechtbank is verminderd tot € 7985. In hoger beroep is uitsluitend nog in geschil welke CO2-uitstoot bepalend is. De inspecteur gaat conform het Duitse kenteken uit van 302 gr/km. Volgens X hebben soortgelijke auto’s die ook zijn geproduceerd voor Noord-Amerika volgens het kentekenregister een CO2-uitstoot van slechts 243 gr/km.
Hof Amsterdam oordeelt dat de inspecteur mag uitgaan van de vaststelling van de CO2-uitstoot van de auto op basis van de Duitse gegevens. Het beroep van X op andere auto's die een lagere uitstoot hebben, wordt verworpen omdat die auto's in andere jaren tot de weg zijn toegelaten. Daar komt bij dat ook bij gelijke productiejaren en gelijke tijdstippen van eerste toelating de uitstoot kan verschillen (zie HR 3 april 2020, 18/01389, V-N 2020/17.14). Bovendien is bekend dat motoren door aanpassingen in de software eenvoudig kunnen worden aangepast aan lokale omstandigheden en milieuwetgeving. Er kan dus ook in het midden blijven of wellicht verschillende meetmethoden zijn gebruikt. Het beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Uitvoeringsregeling belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 6a
Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 9
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen
Instantie: Hof Amsterdam
Editie: 25 februari