In zijn aangifte ib/pvv 2009 geeft X alleen buitenlands inkomen uit tegenwoordige arbeid aan van de Belgische A nv voor een bedrag van € 12 000. Deze inkomsten worden volgens de aangifte elders (België) belast. Op basis van voorlopige informatie uit een lopend FIOD-onderzoek wordt het belastbaar inkomen van X met € 245.250 gecorrigeerd en worden ter behoud van rechten de in geschil zijnde aanslagen ib/pvv 2009 en inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekeringswet 2009 opgelegd. De correctie heeft betrekking op contant opgenomen bedragen van A nv en B bvba. De Belastingdienst neemt het standpunt in dat deze contante opnamen aangemerkt moeten worden als (belaste) inkomsten uit overige werkzaamheden (Box 1). X komt in beroep.
Volgens Rechtbank Gelderland is het aannemelijk dat X in het jaar 2009 valse facturen heeft opgemaakt in verband met koppelbaaspraktijken. Ook is gebleken dat grote bedragen contant zijn opgenomen en zijn onttrokken aan de vennootschappen. De inspecteur heeft het vermoeden aannemelijk gemaakt dat X dat jaar een bedrag niet heeft aangegeven, waardoor een relatief en absoluut groot bedrag aan belasting niet is geheven. X heeft dit bewijsvermoeden niet ontzenuwd. Volgens de rechtbank is het gebrek in de aangifte zodanig ernstig dat de bewijslast moet worden omgekeerd en verzwaard. X heeft met zijn niet onderbouwde stellingen dat de werkelijkheid anders is dan de situatie die naar voren komt uit het proces-verbaal van de FIOD, niet overtuigend aangetoond dat de uitspraak op bezwaar onjuist is. De inspecteur heeft op de zitting het bedrag van de correctie op grond van een redelijke schatting fors bijgesteld naar een bedrag van € 70 554. De rechtbank acht deze schatting redelijk. De aanslag ib/pvv wordt verminderd. Het beroep is gegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 29 december