Belanghebbende, X, is getrouwd met C. Hij is betrokken bij de exploitatie van diverse coffeeshops, die in handen zijn van zijn broer, B. Naar aanleiding van een strafrechtelijk onderzoek legt de inspecteur diverse IB-navorderingsaanslagen op aan X. Volgens de inspecteur heeft X namelijk meer inkomen genoten dan hij heeft aangegeven.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X gedurende de periode dat hij in Luxemburg stond ingeschreven woonachtig was in Nederland. De rechtbank wijst daarbij op de door de inspecteur overgelegde gegevens, zoals het regelmatige verblijf in Nederland en de telefoongegevens. X is gedurende die periode dan ook binnenlands belastingplichtig. Voor de bedragen die X van zijn broer heeft ontvangen, geldt volgens de rechtbank dat de inspecteur niet aannemelijk maakt dat X deze bedragen heeft ontvangen voor werkzaamheden die hij voor zijn broer dan wel de coffeeshops heeft verricht. De rechtbank volgt de stelling van X dat het schenkingen van B betreft. De rechtbank vernietigt uiteindelijk de aan X opgelegde IB-navorderingsaanslagen 2008 en 2009, omdat geen van de doorgevoerde correcties in stand blijven. Voor de overige jaren blijven enkele kleinere correcties (gedeeltelijk) in stand. De aanslagen voor deze jaren worden verminderd.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 2.1
Algemene wet inzake rijksbelastingen 4
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Editie: 12 april