Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de cultuurgrondvrijstelling voor het paardenpension/de fokkerij van X toepasbaar is naar rato van het gebruik ten behoeve van de landbouw.

Belanghebbende, X, is eigenaar van een agrarisch complex in de gemeente Tytsjerksteradiel. In geschil is de toepassing van de cultuurgrondvrijstelling bij de WOZ-waardering 2015.

Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de cultuurgrondvrijstelling voor het paardenpension/de fokkerij van X toepasbaar is naar rato van het gebruik ten behoeve van de landbouw. Van de bedrijfsactiviteiten van X hebben alleen de fokactiviteiten als veehouderij te gelden en daarmee als ‘landbouw' voor de cultuurgrondvrijstelling. Het betreft 10-15% van de activiteiten. De rechtbank is van oordeel dat de cultuurgrondvrijstelling geldt voor 10-15% van de percelen van X. Het gaat volgens de rechtbank om de vraag of de grond die bedrijfsmatig wordt geëxploiteerd voor ten minste 90% dienstbaar is aan een bedrijf waarin ten minste enige activiteiten plaatsvinden die als landbouw kwalificeren (zie HR 14 november 2014, ECLI:NL:HR:2014:3197, V-N 2014/61.23, r.o. 2.2.4). Naar het oordeel van de rechtbank voldoet de situatie bij X aan deze criteria: de bedrijfsmatige exploitatie van de beide percelen geschiedt immers geheel ten behoeve van het bedrijf van X, terwijl binnen dat bedrijf voor een deel (namelijk voor 10 %-15 %) landbouwactiviteiten worden ontplooid. De cultuurgrondvrijstelling is dus van toepassing voor 10-15%. De rechtbank stelt de WOZ-waarde in goede justitie vast op € 274.000 (was € 284.000).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Uitvoeringsregeling uitgezonderde objecten Wet waardering onroerende zaken 2

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Dossiers: Agro

Instantie: Rechtbank Noord-Nederland

Editie: 22 augustus

7

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen