Hof Den Haag oordeelt dat X aannemelijk maakt dat het fokken van schapen op bedrijfsmatige wijze plaatsvindt, zodat de cultuurgrondvrijstelling voor de WOZ van toepassing is.

X is eigenaar van drie percelen in de gemeente Leerdam met daarop een vrijstaande woonboerderij. In geschil is de WOZ-waarde 2012 van deze onroerende zaak.

Hof Den Haag oordeelt, anders dan eerder de rechtbank, dat X aannemelijk maakt dat het fokken van schapen op bedrijfsmatige wijze plaatsvindt, zodat de cultuurgrondvrijstelling voor de WOZ van toepassing is. X heeft aannemelijk gemaakt dat de aard en omvang van de arbeid zodanig is dat die arbeid het kader van normaal vermogensbeheer of van liefhebberij te buiten gaat. X heeft onweersproken gesteld dat hij de cultuurgrond exploiteert omwille van het exploitatieresultaat. De schapen worden gefokt om vervolgens te worden verkocht aan de veehandel voor de slacht. De jaarlijkse netto opbrengst van circa € 10.000 vormt een serieuze aanvulling op de pensioenuitkering van X. De vrijstelling geldt voor perceel 2 en driekwart van de oppervlakte van perceel 1. Perceel 3 valt onder de vrijstelling voor waterverdedigings- of waterbeheersingswerken. Het hof oordeelt ook dat de waarde van de woonboerderij te hoog is vastgesteld en stelt de WOZ-waarde van de onroerende zaak in goede justitie vast op € 400.000.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Uitvoeringsregeling uitgezonderde objecten Wet waardering onroerende zaken 2-1-a

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Hof Den Haag

Editie: 18 november

9

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen