Bij de cv/bv-structuren heeft de Europese Commissie niet vastgesteld dat er sprake zou zijn van onrechtmatige staatssteun, waardoor terugvordering niet aan de orde is. Van mogelijke staatssteun is volgens staatssecretaris Vijlbrief van Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst, geen sprake. Dat heeft de bewindsman geantwoord op vragen van het Tweede Kamerlid Snels (GroenLinks).
Naar aanleiding van een artikel van professor Vleggeert, heeft in 2016 een staatssteunbeoordeling plaatsgevonden. Hierbij zijn alle risico’s rondom staatssteun bekeken, maar geconcludeerd werd dat van terugvorderbare verboden staatssteun geen sprake was. In een ambtelijke notitie is geadviseerd om eventuele problematiek op het gebied van hybrides op te lossen via gecoördineerde actie samen met andere landen.
Volgens de staatssecretaris is het niet te achterhalen welke geldstromen aan de cv/bv-structuur gerelateerd zijn. Het gebruik van een cv/bv-structuur hoeft namelijk nergens verplicht in Nederland doorgegeven te worden en is op basis van de aangifte of de fiscale structuur ook niet eenduidig af te leiden.
Uit eerder onderzoek van het ministerie blijkt dat er 98 bedrijven zijn geïdentificeerd met een cv/bv-structuur. Bij deze bedrijven zijn echter de bedragen die specifiek met de cv te maken hebben niet beschikbaar. Een ruwe inschatting is niet voorhanden.
[Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron]
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Europees belastingrecht, Internationaal belastingrecht
Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën
Editie: 9 september