Belanghebbende, X, is het niet eens met vijf informatiebeschikkingen die de inspecteur hem heeft opgelegd. Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van X ongegrond. De inspecteur kon zich volgens de rechtbank in redelijkheid op het standpunt stellen dat de door hem gevraagde informatie voor de belastingheffing van X voor de jaren 2009 t/m 2013 van belang kon zijn, omdat die informatie opheldering zou kunnen geven over de vraag of X in dat jaar over niet door hem aangegeven vermogen beschikte (vgl. HR 18 april 2003, nr. 38.122, V-N 2003/22.8). In hoger beroep betoogt de gemachtigde dat X dementerende is en geen informatie kon en kan verstrekken.
Hof Den Haag oordeelt dat de dementie van X de inspecteur er niet van hoefde te weerhouden informatie over een KB Lux rekening op te vragen. De informatie die de inspecteur in zijn brief van 31 juli 2014 heeft verzocht te verstrekken betreft de saldigegevens van een bankrekening, bankafschriften en gegevens over het verloop van deze rekening en daarmee samenhangende opvolgende rekeningen. Aan de hand van de overgelegde verklaring acht het hof niet aannemelijk dat X op het moment dat hem dat gevraagd werd niet in staat was om bankafschriften op te zoeken en te verstrekken. Als dit reeds toen al niet het geval was, is niet aannemelijk dat X niet bij machte was een derde te vragen die gegevens voor hem op te zoeken en aan de Inspecteur toe te zenden. Het hof ziet geen reden om de informatiebeschikkingen te vernietigen.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 47
Algemene wet inzake rijksbelastingen 52a