X is dga. In zijn IB-aangifte 2012 claimt hij de MKB-winstvrijstelling. De inspecteur is echter van mening dat X, als dga, geen recht heeft op de MKB-winstvrijstelling. X stelt dat er sprake is van een ongelijke behandeling, die in strijd is met art. 14 EVRM en art. 26 IVBPR.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat alleen een ondernemer in de zin van art. 3.4 Wet IB 2001 in aanmerking komt voor de MKB-winstvrijstelling. Vervolgens stelt de rechtbank vast dat er geen sprake is van gelijke gevallen zodat het beroep van X op toepassing van het gelijkheidsbeginsel en het discriminatieverbod niet kan slagen. Volgens de rechtbank is de keuze van de wetgever om de vrijstelling te beperken tot ondernemers in de zin van art. 3.4 Wet IB 2001 niet kennelijk onredelijk. X heeft geen recht op de MKB-winstvrijstelling.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.79a
Wet inkomstenbelasting 2001 3.4
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 29 juli