Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt in hoger beroep dat de heer X niet overtuigend aantoont dat de auto op kalenderjaarbasis voor niet meer dan 500 km voor privédoeleinden is gebruikt.

Belanghebbende, de heer X, is directeur-grootaandeelhouder van A bv. Via een gelieerde bv is aan X in het kader van zijn dienstbetrekking bij A bv een personenauto ter beschikking gesteld. Er is door A bv geen loonheffing wegens privégebruik op zijn loon ingehouden. In geschil is of de inspecteur het voordeel wegens privégebruik terecht heeft belast door IB-navorderingsaanslagen over 2008 tot en met 2012 op te leggen. Rechtbank Gelderland stelt de inspecteur in het gelijk. X gaat in hoger beroep.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X niet overtuigend aantoont dat de auto op kalenderjaarbasis voor niet meer dan 500 km voor privédoeleinden is gebruikt. Er wordt geen geloof gehecht aan de verklaring van X dat hij na een herseninfarct in 2007 zelf geen auto meer bestuurt. In november 2008 heeft X namelijk juist een nieuwe, aanmerkelijk duurdere auto tot zijn beschikking gekregen. Bovendien sluit de ziekte van X niet uit dat anderen de auto gebruiken voor privédoeleinden. Op de zitting erkent X wel dat in de auto is gereden, doch enkel voor de APK's en een enkele keer voor een zakelijke afspraak, waarbij de auto werd bestuurd door zijn echtgenote. Hiervan is echter geen nader bewijs zoals facturen met km-standen overgelegd. Het beroep van X is ongegrond.

Lees ook het thema Wetsvoorstel Uitwerking Autobrief II.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 16

Wet op de loonbelasting 1964 13bis

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Loonbelasting

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 9 mei

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen