Rechtbank Den Haag is van oordeel dat btw is verschuldigd over dividenduitkering, omdat dit een tegenprestatie vormt voor het leveren van een auto op grond van een koopovereenkomst.

Belanghebbende, X bv, verkoopt aan haar directeur-grootaandeelhouder (dga) een personenauto voor € 31.131. Omdat de auto op dat moment een waarde heeft van € 93.991 wordt besloten aan de dga een netto dividend te verstrekken van € 62.860. In geschil is of over dit laatste bedrag terecht btw is nageheven en een verzuimboete is opgelegd.

Rechtbank Den Haag is van oordeel dat dit het geval is, omdat de auto aan de dga is geleverd op grond van een koopovereenkomst. Het dividend is toegekend als vergoeding voor de meerwaarde van de auto. Door de toekenning van het dividend kreeg de dga een vordering op eiseres, die door X bv is aangewend om een deel van de prijs van de auto te voldoen. Dit is een tegenprestatie voor het leveren van de auto en behoort tot de vergoeding. Hoewel sprake is van een pleitbaar standpunt wordt de verzuimboete niet verminderd nu het standpunt niet is onderbouwd.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 8

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting

Instantie: Rechtbank Den Haag

Editie: 12 september

225

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen