X is dominee en laat zijn IB-aangiften verzorgen door een gemachtigde. Een klant van deze gemachtigde verklaart later aan de Belastingdienst dat de gemachtigde aftrekposten zonder bewijs opvoerde. De FIOD voert daarom een chikwadraattoets uit, waaruit het sterke vermoeden volgt dat de gemachtigde gebruik maakt van gefingeerde bedragen. In 2017 moet X zijn aftrekposten van 2014 en 2015 alsnog met bewijs onderbouwen. In geschil zijn de navorderingsaanslagen over die jaren. Volgens Rechtbank Gelderland is het resultaat van de chikwadraattoets een nieuw feit. Ondanks herhaalde verzoeken van de inspecteur zijn de aftrekposten op geen enkele manier onderbouwd. In hoger beroep herhaalt de gemachtigde dat namens zeer veel klanten – waaronder X – bewijsstukken naar de inspecteur zijn gestuurd die daar zijn zoekgeraakt.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat niet helemaal kan worden uitgesloten dat de betreffende stukken inderdaad door X zijn overgelegd. Voor zijn actief meewerkende echtgenote claimt X reële arbeidsbeloningen van € 9750 en € 10.150. Zo vergezelt zij X bij bijzondere gelegenheden en bij bezoeken aan alleenstaande vrouwen. Op basis van bankafschriften uit 2014 en 2015 maakt X € 2000 jaarlijkse kosten voor vakliteratuur, telefoon, internet, contributies en abonnementen alsnog aannemelijk. Ook een deel van de zorgkosten- en giftenaftrek wordt geaccepteerd. Het beroep van X is gegrond. De proceskostenvergoeding wordt gematigd tot € 1000, omdat X de jaaropgaven en bankafschriften veel eerder (weer) had kunnen overleggen.

Lees ook het thema Navordering

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 16