Belanghebbende, X, bewoont een woning die voor 50% eigendom is van X en voor 50% van Y, de ex-vrouw van X. Tevens bewoont Z, de zoon van X, met zijn gezin de woning. Volgens X is er sprake van één (eigen) woning, die in gebruik is bij hem en zijn zoon met zijn gezin. De inspecteur is echter van mening dat er sprake is van twee woningen. Volgens hem is slechts 80% van de bij X in eigendom zijnde woning als eigen woning aan te merken.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat er sprake is van twee woningen. Het hof acht daarbij van belang dat het gedeelte van de woning dat door Z en zijn gezin wordt gebruikt, beschikt over een eigen toilet, een eigen badkamer en een eigen keuken. Dat er slechts één aansluiting op het riool is, en één aansluiting op de nutsvoorzieningen, acht het hof niet van belang, omdat niet de aansluitingen op het riool en de nutsvoorzieningen een onroerende zaak of onroerende zaken geschikt maken voor permanente bewoning, maar de aanwezigheid van een toilet en de beschikbaarheid van gas, water en elektriciteit. Verder wijst het hof er nog op dat het gedeelte van de onroerende zaak dat door Z en zijn gezin wordt gebruikt, is voorzien van een eigen voordeur. De navorderingsaanslag blijft in stand.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.111
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 1 oktober