Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat de doorzendplicht voor onjuist geadresseerde bezwaarschriften niet geldt voor een externe partij die door de gemeente is ingehuurd. Juist daarom is het aan gemeenten om deze bedrijven te voorzien van duidelijke instructies hoe om te gaan met bezwaarschriften die op het verkeerde postadres binnenkomen.

Belanghebbende, X, maakt bezwaar tegen een naheffingsaanslag parkeerbelasting van de gemeente Amersfoort. In geschil is of het bezwaar terecht niet-ontvankelijk is verklaard. X stelt dat zij tijdig bezwaar heeft gemaakt bij het bedrijf [bedrijf 1] van wie zij het duplicaat van de naheffingsaanslag parkeerbelasting heeft ontvangen. Dit aanslagbiljet vermeldt dat X bij een ander bedrijf [bedrijf 2] bezwaar kan maken.

Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat de doorzendplicht voor onjuist geadresseerde bezwaarschriften niet geldt voor een externe partij die door de gemeente is ingehuurd. Juist daarom is het aan gemeenten om deze bedrijven te voorzien van duidelijke instructies hoe om te gaan met bezwaarschriften die op het verkeerde postadres binnenkomen. Van een dergelijke instructie is de rechtbank niet gebleken. In het licht van deze omstandigheden, heeft X naar het oordeel van de rechtbank, om verschoonbare redenen de bezwaartermijn overschreden. De rechtbank verklaart het beroep van X gegrond en draagt de heffingsambtenaar op om opnieuw uitspraak op bezwaar te doen.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 6:15

Algemene wet bestuursrecht 6:7

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Midden-Nederland

Editie: 9 november

8

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen