Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de dotatie van de gemeente Noordenveld aan een bestemmingsreserve niet kan worden aangemerkt als last ter zake voor de rioolheffing.

X is een woningcorporatie. Zij is het niet eens met aanslagen rioolheffing van de gemeente Noordenveld voor een totaalbedrag van € 89.958,60.

Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de dotatie van de gemeente Noordenveld aan een bestemmingsreserve niet kan worden aangemerkt als last ter zake voor de rioolheffing. Een dergelijke dotatie aan de tot het eigen vermogen behorende bestemmingsreserve is volgens de rechtbank in strijd met de voor de gemeente geldende comptabiliteitsvoorschriften uit het BBV. De heffingsambtenaar heeft onvoldoende aannemelijk kunnen maken dat er de garantie is dat het bedrag van de dotatie daadwerkelijk aan rioleringstaken en toekomstige investeringen zal worden besteed. Eliminatie van de dotatie aan de bestemmingsreserve leidt tot overschrijding van de opbrengstlimiet met 3,37%. De verordening is partieel onverbindend. Onder verwijzing naar de uitspraak van Hof Arnhem-Leeuwarden van 16 februari 2016, nr. 12/00124, V-N 2016/30.26 oordeelt de rechtbank dat de verordening rioolheffing niet in strijd is met art. 9 van zogeheten de Kaderrichtlijn water.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 228a

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Rechtbank Noord-Nederland

Editie: 8 augustus

9

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen