Belanghebbende, X, is een woningcorporatie. Zij is het niet eens met een aanslag rioolheffing van de gemeente Westerveld. Het positieve saldo van de rioolheffing stort de gemeente in de egalisatiereserve riolering. Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de egalisatiereserve riolering van de gemeente Westerveld de facto een voorziening is (gebleven), zodat de dotatie aan deze egalisatiereserve aangemerkt kan worden als een last ter zake voor de rioolheffing. De opbrengstlimiet is niet overschreden.
Hof Arnhem-Leeuwarden is, anders dan de rechtbank, van oordeel dat de dotatie van het positieve saldo rioolheffing door de gemeente aan de egalisatiereserve riolering geen last ter zake is. De onderhavige egalisatiereserve riolering was vanaf de vorming in 2000 een bestemmingsreserve, is vervolgens in 2004 op voorspraak van de accountant van de gemeente omgezet in een voorziening en is in 2008 weer omgezet in een bestemmingsreserve die in 2014 nog bestaat. Uit een nota van de gemeente blijkt dat laatstgenoemde omzetting is gebeurd om de gemeente de vrijheid te geven het geld uit te geven aan een ander doel dan de riolering. Onder deze omstandigheden is het primaire standpunt van de heffingsambtenaar dat de reserve materieel een voorziening is niet houdbaar. Het hof verwerpt ook het subsidiaire standpunt van de heffingsambtenaar dat een dotatie aan een bestemmingsreserve bij de rioolheffing een last ter zake vormt zolang deze maar verband houdt met toekomstige vervangingsinvesteringen. Nu de dotatie niet als last ter zake beschouwd kan worden, overtreffen de geraamde baten de geraamde lasten met meer dan 10%. Het hof verklaart de verordening onverbindend en vernietigt de aanslag rioolheffing van X.
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 5 april