De Staatssecretaris van Financiën heeft gereageerd op de vragen van Kamerlid Omtzigt (CDA) van dinsdag 19 februari 2019 over de uitstaande belastingschuld, het onderzoek naar sturing van de Belastingdienst door de Auditdienst Rijk en het Carbontax-model.

De staatssecretaris geeft een overzicht van de achterstanden in de invordering van de jaren 2016 tot en met juni 2018 . Het overzicht betreft de achterstanden voor de middelen vennootschaps-, omzet- en motorrijtuigenbelasting, alsmede loon- en inkomensheffingen. Het percentage achterstand in de invordering was het grootst in de periode 1 januari tot en met 30 juni 2018, namelijk 2,9% tegenover 2,7% in 2017 en 2,6% in 2016. Het percentage inning van de invorderingsposten binnen een jaar lag wel het hoogst in het eerste halfjaar van 2018, te weten 56,9%.

Sinds een aantal jaren boekt de Belastingdienst niet direct inbare vorderingen niet meer direct af, maar blijft deze volgen via dynamisch monitoren. Met dynamisch monitoren wordt gecontroleerd aan de hand van de beschikbare gegevens of een debiteur niet alsnog in staat is om een vordering te voldoen. Het dynamisch monitoren leidt structureel tot een hoger achterstandspercentage omdat vorderingen langer worden gevolgd. Het leidt ook tot meer opbrengsten voor de Belastingdienst.

De Auditdienst Rijk is op dit moment bezig met twee onderzoeken betreffende de Belastingdienst en het Ministerie van Financiën. De rapporten worden gepubliceerd zodra deze gereed zijn.

Ten aanzien van de openbaarmaking van het Carbontax-model geeft de staatssecretaris aan dat het model eigendom is van het onderzoeksbureau RevNext en het niet aan het kabinet is om het model openbaar te maken. Het kabinet zal RevNext vragen om de Kamer meer inzicht te verschaffen in de werking van het model.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Invordering

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 26 februari

Carrousel: Carrousel

25

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen