Belanghebbende, X, dient zijn aangifte IB/PVV 2015 in met daarin € 3.423 aan aftrekbare specifieke zorgkosten. De inspecteur laat bij het opleggen van de aanslag alle aangegeven specifieke zorgkosten buiten beschouwing. In geschil is de toelaatbaarheid van de aftrekposten voor specifieke zorgkosten.
Rechtbank Noord-Holland beslist dat de inspecteur terecht de aftrek voor specifieke zorgkosten weigert. X heeft geen nota’s voor de kosten van fysiofitness, maar volstaat met een verklaring van de sportschooleigenaar. Voorts maakt X niet aannemelijk dat er sprake is van een gezondheidstoestand waardoor de kosten voor kleding en beddengoed hoger zijn dan hetgeen binnen een huishouden met zijn inkomen gebruikelijk is. Tot slot overlegt X facturen voor de kosten van mantelzorg, welke kosten door de zorgverzekeraar zijn vergoed. Het beroep van X is ongegrond. De rechtbank wijst ook het verzoek tot vergoeding van immateriële schade wegens overschrijding van redelijke termijn af. Het uitsluitend aanvoeren van een tegen beter weten in ingenomen standpunt leidt niet tot te vergoeden spanning en frustratie. X moet weten dat zijn beroep niet kan slagen zonder de ontbrekende facturen en medische onderbouwing.
Wetsartikelen:
Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001 38
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Editie: 17 januari