Het Hof van Justitie EU concludeert dat het niet in strijd met het EU-recht is dat Nederland aandeelhouderseisen stelt aan de teruggaaf van dividendbelasting. Wel levert de eis dat de winst binnen acht maanden na afloop van het boekjaar aan de aandeelhouders moet worden uitgekeerd strijd met het EU-recht op.
Köln-Aktienfonds Deka, een Publikum Sondervermögen (beleggingsfonds), is naar Duits recht opgericht en in Duitsland gevestigd, en is een UCITS-fonds (Undertaking for Collective Investment in Transferable Securities). De aandelenkoers van KA Deka is beursgenoteerd. De participanten in KA Deka kunnen deelnemen in haar bezittingen door het kopen van aandelen, via een systeem genaamd ‘global stream’. In de jaren 2002 - 2008 wordt voor ruim € 700.000 Nederlandse dividendbelasting geheven ter zake van door Köln-Aktienfonds Deka ontvangen dividenden. KA Deka verzoekt om teruggaaf van deze dividendbelasting. De inspecteur wijst dit verzoek af. De Hoge Raad stelt prejudiciële vragen in deze zaak.
Het Hof van Justitie EU oordeelt dat het niet in strijd met het EU-recht is dat Nederland aandeelhouderseisen stelt aan de teruggaaf van dividendbelasting. Deze eisen moeten dan wel gelden voor zowel ingezeten als niet-ingezeten icbe’s. De eis dat de winst binnen acht maanden na afloop van het boekjaar aan de aandeelhouders moet worden uitgekeerd is wel in strijd met het EU-recht.
Wetsartikelen:
Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 56
Wet op de vennootschapsbelasting 1969 28
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Europees belastingrecht, Vennootschapsbelasting, Dividendbelasting
Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie
Editie: 31 januari