Rechtbank Den Haag oordeelt dat X bv energiebelasting moet afdragen over de door middel van de aan F verhuurde zonnepanelen opgewekte en vervolgens aan F verstrekte elektriciteit. 

Belanghebbende, X bv, is leverancier van elektriciteit. X bv levert elektriciteit aan een inwoner van de gemeente Lochem (hierna: F) die samen met vijf andere personen een coöperatie heeft opgericht om het gebruik van duurzame, lokaal opgewekte elektriciteit te stimuleren. Een door deze coöperatie opgerichte bv heeft een zonnestroominstallatie aangekocht bestaande uit 200 zonnepanelen op het gemeentehuis van Lochem. F huurt een aantal van deze zonnepanelen van de bv. X bv is met de coöperatie een overeenkomst aangegaan waarin bepaald is dat alle door die bv door middel van de zonnepanelen opgewekte energie toekomt aan X bv. Omdat de opbrengst van de panelen niet voldoende is om in de totale elektriciteitsbehoefte van de leden van de coöperatie te voorzien, nemen de leden van de coöperatie, onder wie F, ook elektriciteit af van X bv. In geschil is of X bv terecht energiebelasting heeft afgedragen over de door middel van de aan F verhuurde zonnepanelen opgewekte en vervolgens aan F verstrekte elektriciteit.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat X bv energiebelasting moet afdragen over de door middel van de aan F verhuurde zonnepanelen opgewekte en vervolgens aan F verstrekte elektriciteit. Uit de stukken blijkt dat de door middel van de zonnepanelen door de leden van de coöperatie opgerichte bv opgewekte elektriciteit toekomt aan X bv. X bv heeft daardoor de beschikkingsmacht gekregen over de elektriciteit en is mede daardoor in staat de stroom te leveren aan verbruikers onder wie F. Er is sprake van een met energiebelasting belaste levering van elektriciteit.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet belastingen op milieugrondslag 50

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Milieuheffingen

Instantie: Rechtbank Den Haag

Editie: 25 juni

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen